• ama·zo·nes

de amazonesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord amazone
     Meiler remde voor een kat en reed stapvoets achter drie pony's aan die met hun jeugdige amazones midden op de weg slenterden.[1]


  1. “Ons soort mensen” (2016), Ambo/Anthos uitgevers  , ISBN 9789026334672