alpenmarmotjes

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  alpenmarmotjes    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• al·pen·mar·mot·jes

Zelfstandig naamwoord

de alpenmarmotjes mv

1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord alpenmarmot

Gangbaarheid

• Het woord 'alpenmarmotjes' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.