alkoven
- al·ko·ven
de alkoven mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord alkoof
- ▸ Misschien waren de struiken rondom het huis daar verantwoordelijk voor, maar in het huis zelf waren veel dikke fluwelen gordijnen - niet alleen voor de ramen, maar ook voor deuren en alkoven, waarin zich vaak vreemde beelden bevonden.[1]
- Het woord alkoven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Victoria Holt“Geluk in gevaar” (2021), Saga, ISBN 9788726484922