affineerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: affineerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·fi·neer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
affineren |
affineerde
- enkelvoud verleden tijd van affineren
- Ik affineerde.
- Jij affineerde.
- Hij, zij, het affineerde.
- Ik affineerde.