adverteer
- ad·ver·teer
vervoeging van |
---|
adverteren |
adverteer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van adverteren
- Ik adverteer.
- gebiedende wijs van adverteren
- Adverteer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van adverteren
- Adverteer je?
- Het woord adverteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.