adopteer
- adop·teer
vervoeging van |
---|
adopteren |
adopteer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van adopteren
- Ik adopteer.
- gebiedende wijs van adopteren
- Adopteer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van adopteren
- Adopteer je?
- Het woord adopteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.