accultureerden
- ac·cul·tu·reer·den
vervoeging van |
---|
accultureren |
accultureerden
- meervoud verleden tijd van accultureren
- Wij accultureerden.
- Jullie accultureerden.
- Zij accultureerden.
- Wij accultureerden.
- Het woord 'accultureerden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.