accepteerden
- ac·cep·teer·den
vervoeging van |
---|
accepteren |
accepteerden
- meervoud verleden tijd van accepteren
- Wij accepteerden.
- Jullie accepteerden.
- Zij accepteerden.
- Wij accepteerden.
- Het woord accepteerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.