abseil
- ab·seil
vervoeging van |
---|
abseilen |
abseil
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van abseilen
- ... dat ik abseil.
- Het woord abseil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
abseilen |
abseil