abbrannten
Duits
Uitspraak
- Geluid: abbrannten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈapbʀantn̩ /, / ˈapbʀantən /
Woordafbreking
- ab·brann·ten
Woordherkomst en -opbouw
- Duitse werkwoordsvorm met het voorvoegsel ab-
Werkwoord
abbrannten
- bijzinvorm eerste persoon meervoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen
abbrannten
- bijzinvorm derde persoon meervoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van abbrennen