aansluitbaarst

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  aansluitbaarst    (hulp, bestand)
• IPA: / anˈslœydbarst / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• aan·sluit·baarst

Bijvoeglijk naamwoord

aansluitbaarst

1. onverbogen vorm van de overtreffende trap van aansluitbaar

Gangbaarheid

• Het woord aansluitbaarst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.