aangrenzende
- Geluid: aangrenzende (hulp, bestand)
- IPA: / aŋˈɣrɛnzəndə / (4 lettergrepen)
- aan·gren·zen·de
aangrenzende
- verbogen vorm van de stellende trap van aangrenzend
- ▸ Het aangrenzende winkelcentrum was nagenoeg leeg.[1]
- Het woord aangrenzende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.