aanberminkje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanberminkje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈambɛrmiŋkjə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·ber·min·kje
Zelfstandig naamwoord
het aanberminkje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanberming
Gangbaarheid
- Het woord 'aanberminkje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.