aalelgertje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aalelgertje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈalɛlxərce / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aal·el·ger·tje
Zelfstandig naamwoord
het aalelgertje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aalelger
Gangbaarheid
- Het woord 'aalelgertje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.