• Gwen·go·lo
  • Van het Middelbretonse guenn-goloff, dat samengesteld is uit de woorden (in Nieuwbretonse vorm) gwenn ‘wit’ en kolo ‘riet’, met lenitie van de k tot een g. Immers, na de oogst vertonen de rieten daken die hersteld zijn met vers stro, witte vlekken op de donkere, versleten onderlaag.

Gwengolo m

  1. september


Maanden in het Bretons
Genver
januari
C'hwevrer
februari
Meurzh
maart
Ebrel
april
Mae
mei
Mezheven
juni
Gouere
juli
Eost
augustus
Gwengolo
september
Here
oktober
Du
november
Kerzu
december