havenhoofd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: havenhoofd (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ha·ven·hoofd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haven en hoofd
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | havenhoofd | havenhoofden |
verkleinwoord | havenhoofdje | havenhoofdjes |
Zelfstandig naamwoord
het havenhoofd o
- (bouwkunde), (scheepvaart) een golfbreker waarmee rustig water aan de ingang van een haven wordt verkregen
- Aan het einde van dit havenhoofd is een lichtbaken, een zogenaamde 'lichtopstand' geplaatst.
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een golfbreker bij een haven
Gangbaarheid
- Het woord havenhoofd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "havenhoofd" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be