zwartwerkt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zwartwerkt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zwart·werkt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zwartwerken |
zwartwerkt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwartwerken
- ... dat jij zwartwerkt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwartwerken
- ... dat hij zwartwerkt.