Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoek·raak·ten

Werkwoord

vervoeging van
zoekraken

zoekraakten

  1. (in een bijzin) meervoud verleden tijd van zoekraken
    • ...dat wij zoekraakten. 
    • ...dat jullie zoekraakten. 
    • ...dat zij zoekraakten.