ziekt
- ziekt
vervoeging van |
---|
zieken |
ziekt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zieken
- Jij ziekt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zieken
- Hij ziekt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zieken
- Ziekt!
- Het woord ziekt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.