zevenhonderdzesenzestigs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ze·ven·hon·derd·zes·en·zes·tigs

Zelfstandig naamwoord

de zevenhonderdzesenzestigsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zevenhonderdzesenzestig

Gangbaarheid