Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wraakt

Werkwoord

vervoeging van
wraken

wraakt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wraken
    • Jij wraakt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wraken
    • Hij wraakt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van wraken
    • Wraakt!