Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weg·sterft

Werkwoord

vervoeging van
wegsterven

wegsterft

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsterven
    • ... dat jij wegsterft. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegsterven
    • ... dat hij wegsterft.