Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vries·droogt

Werkwoord

vervoeging van
vriesdrogen

vriesdroogt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vriesdrogen
    • Jij vriesdroogt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vriesdrogen
    • Hij vriesdroogt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vriesdrogen
    • Vriesdroogt!