• vol·eindt
vervoeging van
voleinden

voleindt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voleinden
    • Jij voleindt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voleinden
    • Hij voleindt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voleinden
    • Voleindt!