• vleest
vervoeging van
vlezen

vleest

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlezen
    • Jij vleest. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vlezen
    • Hij vleest. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vlezen
    • Vleest!