vijfhonderdvierenzestigs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vijf·hon·derd·vier·en·zes·tigs

Zelfstandig naamwoord

de vijfhonderdvierenzestigsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vijfhonderdvierenzestig

Gangbaarheid