vijfhonderdachtennegentigs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vijf·hon·derd·acht·en·ne·gen·tigs

Zelfstandig naamwoord

de vijfhonderdachtennegentigsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vijfhonderdachtennegentig

Gangbaarheid