vierhonderdzevenentachtigje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·ze·ven·en·tach·tig·je

Zelfstandig naamwoord

het vierhonderdzevenentachtigjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vierhonderdzevenentachtig

Gangbaarheid