vierendeelden
- vie·ren·deel·den
vervoeging van |
---|
vierendelen |
vierendeelden
- meervoud verleden tijd van vierendelen
- Wij vierendeelden.
- Jullie vierendeelden.
- Zij vierendeelden.
- Wij vierendeelden.
- Het woord vierendeelden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.