verzwakte
- ver·zwak·te
vervoeging van |
---|
verzwakken |
verzwakte
- enkelvoud verleden tijd van verzwakken
- Ik verzwakte.
- Jij verzwakte.
- Hij, zij, het verzwakte.
- Ik verzwakte.
- verbogen vorm van verzwakt, voltooid deelwoord van verzwakken
- Het woord verzwakte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.