Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·zeep·te

Werkwoord

vervoeging van
verzepen

verzeepte

  1. enkelvoud verleden tijd van verzepen
    • Ik verzeepte. 
    • Jij verzeepte. 
    • Hij, zij, het verzeepte. 
  1. verbogen vorm van verzeept, voltooid deelwoord van verzepen

Gangbaarheid