verwezenlijk
- ver·we·zen·lijk
vervoeging van |
---|
verwezenlijken |
verwezenlijk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwezenlijken
- Ik verwezenlijk.
- gebiedende wijs van verwezenlijken
- Verwezenlijk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwezenlijken
- Verwezenlijk je?
- Het woord verwezenlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.