vertandde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·tand·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vertanden |
vertandde
- enkelvoud verleden tijd van vertanden
- Ik vertandde.
- Jij vertandde.
- Hij, zij, het vertandde.
- Ik vertandde.
vervoeging van |
---|
vertanden |
vertandde