verstopte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·stop·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verstoppen |
verstopte
- enkelvoud verleden tijd van verstoppen
- Ik verstopte.
- Jij verstopte.
- Hij, zij, het verstopte.
- Ik verstopte.
- verbogen vorm van verstopt, voltooid deelwoord van verstoppen