Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·stof·fe·lijk

Werkwoord

vervoeging van
verstoffelijken

verstoffelijk

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstoffelijken
    • Ik verstoffelijk. 
  2. gebiedende wijs van verstoffelijken
    • Verstoffelijk! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verstoffelijken
    • Verstoffelijk je? 

Gangbaarheid