Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·pul·ver·de

Bijvoeglijk naamwoord

verpulverde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van verpulverd

Werkwoord

vervoeging van
verpulveren

verpulverde

  1. enkelvoud verleden tijd van verpulveren
    • Ik verpulverde. 
    • Jij verpulverde. 
    • Hij, zij, het verpulverde. 
  2. verbogen vorm van verpulverd, voltooid deelwoord van verpulveren