verkrachtte
- Geluid: verkrachtte (hulp, bestand)
- ver·kracht·te
vervoeging van |
---|
verkrachten |
verkrachtte
- enkelvoud verleden tijd van verkrachten
- Ik verkrachtte.
- Jij verkrachtte.
- Hij, zij, het verkrachtte.
- Ik verkrachtte.
- Het woord verkrachtte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.