Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·bood

Werkwoord

vervoeging van
verbieden

verbood

  1. enkelvoud verleden tijd van verbieden
    • Ik verbood. 
    • Jij verbood. 
    • Hij, zij, het verbood. 

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be