verachtvoudigden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·acht·vou·dig·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verachtvoudigen |
verachtvoudigden
- meervoud verleden tijd van verachtvoudigen
- Wij verachtvoudigden.
- Jullie verachtvoudigden.
- Zij verachtvoudigden.
- Wij verachtvoudigden.