verachtvoudig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·acht·vou·dig
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verachtvoudigen |
verachtvoudig
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verachtvoudigen
- Ik verachtvoudig.
- gebiedende wijs van verachtvoudigen
- Verachtvoudig!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verachtvoudigen
- Verachtvoudig je?