Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • vas·ker
Naar frequentie 3975

Werkwoord

vasker

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van vaske


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • vas·ker
Naar frequentie 3107

Werkwoord

vasker

  1. tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van vaske

Zelfstandig naamwoord

vasker

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van vask