Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
vaceer
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
vaceer
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
va·ceer
Werkwoord
vervoeging van
vaceren
vaceer
eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
vaceren
Ik
vaceer
.
gebiedende wijs van
vaceren
Vaceer
!
(bij inversie)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
vaceren
Vaceer
je?