Deens

Woordafbreking
  • ungt

Bijvoeglijk naamwoord

ungt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van ung


Noors

Woordafbreking
  • ungt
Naar frequentie 12574

Bijvoeglijk naamwoord

ungt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van ung


Nynorsk

Woordafbreking
  • ungt

Bijvoeglijk naamwoord

ungt, o

  1. onbepaalde vorm onzijdig enkelvoud van de stellende trap van ung