tyder
- ty·der
Naar frequentie | 5358 |
---|
tyder
- zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder
- ty·der
Naar frequentie | 4781 |
---|
tyder
- zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder
- tyde
tyder
- zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder