tweehonderddrieënvijftigs
- twee·hon·derd·drieën·vijf·tigs, twee·hon·derd·drie·en·vijf·tigs
de tweehonderddrieënvijftigs mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tweehonderddrieënvijftig
- Het woord 'tweehonderddrieënvijftigs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.