tweehonderdachtenzeventigs

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·hon·derd·acht·en·ze·ven·tigs

Zelfstandig naamwoord

de tweehonderdachtenzeventigsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tweehonderdachtenzeventig

Gangbaarheid