Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
tuis
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Nederlands
1.1
Uitspraak
1.2
Woordafbreking
1.3
Werkwoord
1.4
Gangbaarheid
Nederlands
Uitspraak
Geluid
:
tuis
(
hulp
,
bestand
)
Woordafbreking
tuis
Werkwoord
vervoeging van
tuisen
tuis
eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
tuisen
Ik
tuis
.
gebiedende wijs van
tuisen
Tuis
!
(bij inversie)
tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van
tuisen
Tuis
je?
Gangbaarheid
Het woord
tuis
staat in de
Woordenlijst Nederlandse Taal
van de Nederlandse Taalunie.