Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tor·nooi·en

Zelfstandig naamwoord

de tornooienmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tornooi

Gangbaarheid

8 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be