toelever
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- toe·le·ver
Werkwoord
vervoeging van |
---|
toeleveren |
toelever
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toeleveren
- ... dat ik toelever.
Gangbaarheid
- Het woord toelever staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.