tamponneerden
- tam·pon·neer·den
vervoeging van |
---|
tamponneren |
tamponneerden
- meervoud verleden tijd van tamponneren
- Wij tamponneerden.
- Jullie tamponneerden.
- Zij tamponneerden.
- Wij tamponneerden.
- Het woord tamponneerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.